Recensie: DEPECHE MODE – ‘SPIRIT’

Op 17 maart jl verscheen het 14de studioalbum van de Britse band Depeche Mode. ‘Spirit’ is de opvolger van het in 2013 verschenen ‘Delta Machine’.

Depeche mode brak in de jaren ’80 door middels hun popsynth muziekstijl. Naarmate de jaren voorbij trokken groeide de band steeds meer uit tot een volwaardige band. Nog steeds sterk leunend op hun synth krachten, maar inmiddels met vaste drummer transformeerde begin jaren ’90 meer en meer tot een krachtige poprock band die vooral live tour na tour indruk maakte. 

Vooral in de jaren ’90 leverde de band hun sterkste albums af met klassiekers als ‘Violator’, ‘Songs of faith and devotion’ en het zeer donkere ‘Ultra’. Daarna verscheen steeds om de 3/4 jaar een nieuw album. Stuk voor stuk aardige albums, maar ze konden geen van allen tippen aan de krachtige platen uit de ninetees.

Toch groeide de band uit tot een zeer gerespecteerde live act. Over de hele wereld vullen ze stadions. Alleen in Nederland is de status van Depeche Mode niet zo groot als buiten ons kleine kikkerlandje.

Op alle albums sinds het millennium heeft zanger Dave Gahan zich als tekstschrijver gevoegd bij het meesterbrein achter de band, Martin L Gore. Dat levert al jaren platen op waarop het kleinste deel is geschreven door Gahan en het grootste deel door Gore. Ook worden er altijd een aantal tracks gezongen door Gore zoals ook op dit nieuwe album het geval is. Ook live krijgt Gore altijd de ruimte een aantal tracks te zingen.

Het album komt op een moment dat de wereld flink in brand staat. Trump is president in Amerika, De Brexit brengt alle Britten (en dat zijn de leden van Depeche Mode ook) in twijfel welke richting het op gaat en radicalisme en aanslagen zijn de laatste jaren meer gewoonte dan uitzondering geworden.

Depeche Mode is nooit een politiek getinte band geweest, hoewel ze in de beginjaren nog wel nummers afleverden met een duidelijke maatschappelijke boodschap zoals ‘Everything counts’ (1983, als commentaar op de perversiteit van grote multinationals) en ‘People are people’ (1984, met o.a. een link richting homo emancipatie). Maar op dit nieuwe album heeft de band daadwerkelijk een boodschap wat al duidelijk werd middels de eerste single ‘Where’s the revolution’ wat aan de albumrelease vooraf ging.

Het album opent met ‘Going backwards’ waarin de band gelijk van leer trekt (‘We are not there yet – we have not evolved – we have no respect – we have lost control – we’re going backwards’). Het openingsnummer is voorzien van simpele maar krachtige akkoorden en een stevige beat. Vermoedelijk wordt dit ook de opener van de live shows de komende tournee.

De laatste single ‘Where’s the revolution’ volgt. Een veel krachtiger nummer dan het openingssingle van de vorige plaat ‘Heaven’.

Dat de band zich wederom heeft doorontwikkeld is te horen op ‘The worst crime’. Een prachtige donkere ballad die ongetwijfeld een van de ankerpunten van de liveshows zal worden.

Wat wel vaker bekend is van Depeche Mode is dat de eerste tracks erg sterk zijn, maar dat het album zich daarna wisselvallig voortzet. Uiteindelijk scoren de platen altijd wel een voldoende, maar echt sterke albums die je later nog vaak uit de kast trekt om te draaien werden het zelden.

Na de drie sterkte openingsnummers horen we ‘Scum’ door de speakers galmen. Tot nu toe zeker het meest experimentele nummer wat na een luisterbeurt echt niet wil beklijven.  Ook daar heeft de band patent op. Door de jaren heen leverden ze tracks af die je naarmate je ze vaker luisterde bleven groeien. ‘Scum’ is daar wel een voorbeeld van.

Wat trouwens opvalt is dat de sound erg donker blijft wat mij persoonlijk zee kan bekoren. Ik ben ook fan van het donkere ‘Ultra’ uit 1997. ‘You move’ is een van mijn favoriete tracks op dit album. Wederom een erg donkere beat aangevuld met enkele sterkt licht opverende synth klanken. Het is de stijl van de band die mij erg aanspreekt.

HET hoogtepunt van de plaat komt met ‘Cover me’. Net als het eerder hoorbare ‘The worst crime’ een ballad. Mijn vermoeden is dat deze track de opwarmer naar ‘Enjoy the silence’ zal worden want aan het eind krijgt het een verrassend uptempo einde.

‘Eternal’ is het eerste door Martin L Gore gezongen nummer op de plaat. Dit nummer is naar mijn mening een van de zwakste nummers op de plaat. Het komt over als een albumvuller.

De trage drumbeat leidt ‘Poison heart’ in. Toch blijkt dit een toegankelijk nummer zeker door de bridge die leidt tot het meedreunende refrein. ‘So much love’ is het meest uptempo en positieve nummer op de plaat. ‘Poorman’ rust op de synth en wordt afgewisseld met een gitaarrif. Deze drie tracks zijn niet het sterkste gedeelte van de plaat hoewel ze prima overeind blijven.

‘No more (this is the last time)’ staat wel weer als een huis. De afsluiter is ‘Fail’, het tweede door Martin L Gore gezongen nummer. Een boodschap voor iedereen (‘People – What are we thinking – It’s shamefull – Our standards are sinking’). Hiermee wordt een nieuw, sterk Depeche Mode album waardig afgesloten.

Het album ademt een bepaalde sfeer waarin de band een oproep lijkt te doen om de barricaden op te gaan. Doordat dit thema grotendeels door heel het album hoorbaar is krijgt ‘Spirit’ een aantrekkelijk donker karakter.

‘Spirit’ is de eerste plaat van Depeche Mode sinds jaren dat een echt bepaalde sfeer en boodschap met zich meebrengt, mogelijk wel de beste plaat sinds ‘Exciter’ uit 2000.

Na het beluisteren van dit album heb ik alleen maar meer zin in het concert op 7 mei a.s., samen met Mansje Doos in de Ziggo Dome’. Het kan bijna niet anders dat tracks met eenzelfde boodschap als deze plaat zoals ‘Barrel of a gun’, ‘Corrupt’, ‘World in my eyes’, ‘Only when i loose myself’ en ‘A pain that i’m used to’ op de setlist zullen verschijnen.

In ieder geval heeft ‘Spirit’ zijn naam eer aangedaan want ik ben alvast in de stemming.

Geef een reactie